Tijdens mijn eerste bezoek aan Spanje ben ik hopeloos verliefd geworden op olijfbomen. Ik vind ze magisch, ongrijpbaar, statig en oppermachtig.
Jarenlang heb ik geprobeerd thuis een olijfboompje te houden en daar zijn heel wat pogingen in gaan zitten. Stuk voor stuk zonder succes.
Of ik ze nu binnen hield of naar buiten deed. Veel of weinig water gaf... op den duur begaven ze het tot mijn grote teleurstelling allemaal.
Je kunt je voorstellen hoe gelukkig ik ben dat er hier in de tuin een enorm exemplaar staat. Hij blaakt van gezondheid en inmiddels zitten er al duizenden kleine olijven aan.
Onze olijfboom, luisterend naar de naam 'Ollie', biedt schaduw aan de rozemarijn, zwaait elegant met een slanke tak over een deel van het zwembad en is versierd met kleurige lantarentjes. Ik ben dol op hem.
Vanochtend zag ik Pepe in de tuin staan, zwaaiend met een groot snoeimes en starend naar mijn boom.
'Het kan zo niet meer, Ana', riep hij me toe uit de verte. 'De takken worden te zwaar. Ik moet een keer gaan snoeien. Straks kan het hek niet eens meer open en krijg je krassen op je auto.'
Pepe zal het wel weten en wat moet, dat moet maar ik kan het niet uitstaan.
Arme Ollie.